Analyse van de obligaties van Petrõleos de Venezuela

 | 05.01.2017 13:26

Als voorbeeld de obligatie die over vijf jaar kan worden terugbetaald en die met een twintigtal punten is gestegen, om het jaar af te ronden op circa 65% van de nominale waarde, nadat in februari een historisch dieptepunt op 33% was bereikt. De lening die in 2027 kan worden terugbetaald is anderzijds met circa vijftien punten gestegen, naar 40%.

Dat is nog geen reden om te jubelen, want de getoonde rendementen blijven ruimschoots boven de 20%.

Dat betekent dat de beleggers nog steeds een astronomisch hoge risicopremie eisen bij de aankoop van de leningen van deze onderneming, die verzwakt is door de prijsdaling van het aardolievat en door de rampzalige economische situatie in Venezuela.

Vrees voor wanbetaling

Het spook van een regelrechte default in betaling waart al geruime tijd rond, want de markt heeft twijfels over de capaciteit van deze aardoliereus om te voldoen aan de financiële verplichtingen.

Petrõleos de Venezuela heeft feitelijk, om tijd te winnen, in oktober aan de schuldeisers gevraagd om de aflossing van de obligaties die de maturiteit in 2017 bereiken uit te stellen. De onderneming heeft hen in ruil daarvoor nieuwe waardetitels geboden met een coupon van 8,50% en een einddatum in 2020.

Om de beleggers te motiveren, bood de nieuwe uitgegeven schuld het voordeel van een bonus in de vorm van een specifieke garantie, te weten 50,1% van de aandelen van Citgo Holding, het Amerikaanse filiaal, dat voor de aardoliegroep een kanaal is om op de Amerikaanse markt te lenen.

Het aanbod heeft uiteindelijk een totaal van 2.8 miljard opgebracht, ofwel 39% van het totaal van deze twee lijnen. Dat resultaat ligt onder de door PDVSA beoogde 5.3 miljard bij aanvang van de operatie.

PDVSA is tot dusver niet in een situatie van default in betaling wat betreft hun schulden geweest. Volgens bepaalde analisten zoals de Saxo Bank is dat scenario uitgesloten. Zij zijn van mening dat de overheid het in het geval van PDVSA niet tot wanbetaling zal laten komen.

"De aan het bewind zijnde politici hebben begrepen dat de aardoliemaatschappij de speerpunt van de economische wederopbouw van het land zal blijven," aldus de verklaring in dat opzicht van Christopher Dembik, economist bij de Deense investeringsbank.